In de provincie Utrecht wachten bijna zevenduizend ouderen op
zorg. De druk op de aanwezige zorgvoorzieningen voor ouderen is
het grootst in de stad Utrecht en het westelijk deel van de
Heuvelrug. Dit blijkt uit cijfers van de 'Monitor Ouderen'. De
'Monitor Ouderen' is het tweede onderzoek in een reeks van
doelgroepstudies, die de provincie Utrecht gebruikt ter
ondersteuning van het provinciale zorg- en welzijnsbeleid. Om die
reden worden de monitorgegevens regelmatig geactualiseerd.
Met ruim 137.000 vijfenzestigplussers is de provincie Utrecht
tot 2010 een relatief minder vergrijsde provincie. Gemeenten met
verhoudingsgewijs veel ouderen zijn Doorn en De Bilt (20 %).
Minder vergrijsd zijn Wijk bij Duurstede, Montfoort en Houten
(8%).
Het overgrote deel van de vijfenzestigplussers (92%) woont nog
zelfstandig en bijna een kwart van hen woont in een
seniorenwoning. Het aanbod van dergelijke woningen varieert sterk.
Er is relatief weinig seniorenhuisvesting in Abcoude, De Ronde
Venen, Montfoort, Houten en Renswoude. Dit zijn alle Utrechtse
gemeenten die in 2010 meer dan gemiddeld gegroeid zullen zijn in
het aantal 75-plussers.
In de gemeenten Utrecht, Zeist, Doorn en De Bilt neemt het
aantal 75-plussers de komende jaren af. Het toekomstperspectief
voor seniorenwoningen is hier aanmerkelijk rooskleuriger.
De huidige capaciteit aan totale zorg voor ouderen is berekend
op ongeveer een kwart van alle vijfenzestigplussers in de
provincie. Ook op dit punt zijn er aanmerkelijke verschillen
tussen de Utrechtse gemeenten. Bovengemiddeld is het zorgaanbod in
Loosdrecht, Doorn, Breukelen en Utrecht. Onder het gemiddelde
zitten blijkens het onderzoek Abcoude, Renswoude, Maarn en Bunnik.
De gemiddelde wachttijd voor een verzorgingshuis in de
provincie is momenteel één tot anderhalf jaar.
|
