Er komt één algemene verzekering voor alle noodzakelijke medische
zorg in Nederland. Met deze verzekering zullen alle Nederlandse
ingezetenen dan tegen ziektekosten zijn verzekerd. Met de invoering
vervalt daarbij het onderscheid tussen ziekenfonds en particulier. Dat
staat in de nota 'Vraag aan bod' die minister E. Borst en
staatssecretaris M. Vliegenthart van het Ministerie van
Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS) namens het kabinet aan de
Tweede kamer hebben gezonden.
De invoering van één algemene zorgverzekering is het sluitstuk
van een vernieuwingsoperatie van de gezondheidszorg, die al enkele
jaren aan de gang is. De kern van deze vernieuwing is, zo wordt
gesteld, de omslag van aanbodsturing met veel overheidsbemoeienis naar
een vraaggerichte zorg met meer vrijheden en verantwoordelijkheden
voor cliënten, aanbieders en verzekeraars.
Dat wil onder meer zeggen dat de vernieuwing in de zorg is gericht
op het meer centraal plaatsen van de wensen van patiënten en
cliënten. De bevolking stelt steeds hogere eisen aan de zorg, onder
meer omdat men op medisch gebied steeds beter is geïnformeerd.
Bovendien wordt de bevolking steeds ouder en komen er steeds meer
mogelijkheden op medisch-technologisch terrein. Mensen willen geen
standaardzorg meer, maar willen zorg die naar hun behoeften op maat is
gesneden, aldus de informatie.
Om zorg op maat te kunnen bieden is het volgens de indieners nodig
dat zorgaanbieders en zorgverzekeraars, binnen publieke
randvoorwaarden, voldoende speelruimte krijgen. Naar gesteld wordt kan
dit het beste worden gerealiseerd door meer marktwerking in de
verschillende onderdelen van de zorg in een verantwoord tempo en op
een verantwoorde manier. Aanbieders en verzekeraars dingen naar de
gunsten van patiënten en verzekerden. Zij doen dat in onderlinge
concurrentie en dragen daarbij financiële risico's. Zo worden zij
volgens de opstellers van de nota aangezet tot een innoverende,
klantgerichte en kostenbewuste opstelling. De zorgverzekeraars krijgen
een belangrijke rol bij de 'inkoop' en de regie van de zorg. Om die
rol goed te kunnen vervullen is het nodig dat de huidige versnippering
in zorgverzekeringen plaatsmaakt voor één algemene verzekering.
De nieuwe verzekering dekt alle noodzakelijke medische zorg. Dat is
zorg die zijn werkzaamheid, zo wordt gesteld, bewezen heeft, doelmatig
kan worden toegepast en die mensen in het algemeen niet zelf kunnen
betalen.
Verzekerden kunnen daarnaast kiezen voor arrangementen met
'voorkeursaanbieders'. Daarbij betalen ze een lagere premie als ze
kiezen voor bepaalde, door de verzekeraars geselecteerde aanbieders
van zorg. Ook bestaat er de mogelijkheid van collectieve contracten.
Verzekerden kunnen volgens de nota één keer per jaar van verzekeraar
wisselen. Kern van de nieuwe verzekering is dat de toegang tot
noodzakelijke zorg voor iedereen, ongeacht leeftijd, gezondheid of
inkomen, gewaarborgd blijft. Zorgverzekeraars hebben straks de plicht
om iedereen voor de verzekering te accepteren, waarbij vaststaat welke
aanspraken de verzekering dekt. De verzekeraar dient bovendien voor al
zijn verzekerden dezelfde premie in rekening te brengen voor
hetzelfde product.
Het Ministerie van VWS zegt nog in deze kabinetsperiode in kaart te
brengen wat er allemaal nog moet gebeuren om de nieuwe verzekering te
realiseren, wat overigens nog een aantal jaren zal duren (2005).
Beslissingen over premiestructuur en eventuele eigen betalingen en
over de financiering horen volgens de aanbieders van de nota thuis bij
het begin van de volgende kabinetsperiode.
|